Mijn eerste Limoncello kreeg ik bij een authentiek Italiaans restaurant in Den Haag, tijdens een zaken diner. Heerlijk met ambachtelijk gemaakte vanille-ijs. Na een zware maaltijd een heerlijk verfrissend dessert. Nu blijkt Limoncello heel makkelijk zelf te maken te zijn. Dus bij deze.
Was de citroenen heel goed schoon (zodat alle chemische stoffen van de schil zijn). Gebruik daarom liefst biologische citroenen, daar is geen insecticiden op gespoten.
Haal met een dunschiller de schillen van de citroenen. Pas op je handen en vingers! Neem niet het witte mee. Probeer dus heel dun te schillen, want het witte is erg bitter van smaak. Ik heb zelf een zgn. hoefijzer dunschiller gebruikt.
Doe de schillen in een weckpot (1,5 liter model of groter) en giet er de Vodka overheen. Sluit de deksel en laat dit een weken intrekken. Schud de pot om de dag even, zodat de schillen mooi los van elkaar komen en hun smaak het beste kunnen afgeven.
Na een week. Zeef je de likeur door een koffiefilter, zodat de schillen er uit zijn. Gooi de schillen niet weg, maar doe ze in de hakmolen klein snijden tot citroenrasp en bewaar dit in de koelkast of vries ze in voor bijvoorbeeld een heerlijke Limoncello cake (recept op de site te vinden).
Voeg de suiker toe en sluit de pot en schud daarna goed door. Herhaal het schudden ook weer dagelijks en na een week is je Limoncello in principe klaar, maar weet wel hoe langer je deze laat staan, hoe zachter hij van smaak wordt. Ik laat hem zelf minimaal 2-3 weken staan voor ik hem serveer.
Doe het in een schone fles en bewaar in de vriezer, want Limoncello hoor je ijskoud te drinken. Is de Limoncello nog niet sterk genoeg voor je smaak, voeg dan wat vodka toe. Is deze niet zoet genoeg, voeg dan wat suiker toe en schud iedere dag even tot de suiker is opgelost.
Tip
Gebruik de schillen achteraf voor Limoncello cake!